Het elfde seizoen van Bart Freke (31) als A-selectiespeler bij Rijnsburgse Boys krijgt geen vervolg. De laatst overgebleven speler van het gouden kampioenselftal uit 2006, 2007 en 2009, doet een stapje terug en gaat volgend seizoen trainen en spelen bij de B-selectie van de Boys. We spreken met Bart over het waarom van deze stap en blikken met hem terug op een prachtige loopbaan.
Waarom heb je ervoor gekozen om naar het tweede elftal te gaan?
“Nadat ik ben teruggekomen van Quick Boys (waar Bart tussendoor een seizoen speelde, red.) heb ik twee seizoenen lang last gehad van blessures. Aan het begin van dit seizoen was ik eindelijk blessurevrij en wilde ik er nog één keer voor gaan, maar in de voorbereiding raakte ik opnieuw geblesseerd. Toen wilde ik eigenlijk stoppen. Ik was er helemaal klaar mee. Gelukkig is dat niet gebeurd. Door al die blessures ben ik nooit meer op mijn oude niveau teruggekomen. Dat vind ik echt heel jammer. Ik heb de afgelopen drie jaar bijna niet meer in het eerste gespeeld. Daarom heb ik deze beslissing genomen.”
Wanneer heb je deze beslissing genomen?
“Ik heb een paar gesprekken gehad met de technische commissie en die zien mij heel graag bij de B-selectie volgend jaar, vanwege mijn ervaring maar ook om de jongere spelers te helpen. Ik speel dit seizoen ook heel vaak mee met het tweede elftal en dat bevalt me eigenlijk prima. Eigenlijk verandert er dus niet zoveel. Vandaar dat ik volgend seizoen ook in het tweede speel.”
Een andere club had ook nog gekund, maar daar kies je niet voor?
Nee, helemaal stoppen was ook nog een optie geweest, maar ik voel me nog te fit om de hele week thuis op de bank te gaan zitten. Een andere club had inderdaad ook nog gekund, maar daar had ik niet meer zoveel zin in. Ik blijf liever lekker bij Rijnsburg. Hoe lang ik bij het tweede elftal blijf, weet ik nog niet, maar voorlopig vind ik het lekker om twee keer in de week te blijven trainen en op zaterdag een wedstrijd te spelen. Bovendien vind ik het leuk om de jongere spelers te helpen bij hun ontwikkeling. Het is belangrijk dat de eigen jongens bij de club blijven en doorstromen.”
Hoe kijk je terug op je tijd in het eerste elftal?
“Dat was een fantastische tijd. Ik ben de laatste van een generatie die bijna alles won wat er te winnen viel: drie keer kampioen, twee keer de districtsbeker, eenmaal de landelijke beker en een keer algeheel zaterdagkampioen. Ook de wedstrijden om de KNVB-beker waren fantastisch om mee te maken. Nu ga ik pas beseffen dat we een geweldige tijd hebben gehad. Ik speelde altijd, was een belangrijke speler, maakte weleens een doelpunt en als we het veld opgingen, wisten we vaak al dat we gingen winnen. We hadden veel zelfvertrouwen en het leek normaal dat het zo gemakkelijk ging.”
Tot slot: wat was het mooiste de afgelopen jaren?
“Ja, dat is moeilijk. We zijn drie keer kampioen geweest. Maar als ik er iets uit moet pikken, dan is het de eerste titel in mijn eerste jaar bij Rijnsburg, in 2006, toen we in blessuretijd bij FC Lisse kampioen werden door de goal van Martijn Gootjes. De ontlading was enorm na jaren zonder titel en het bracht veel teweeg in het dorp. Dat was wel heel mooi.”