Op de loer liggende gifbeker wordt verruild voor mierzoete CUPcakes
Ze hebben toch altijd wat speciaals, bekeravonden. De sfeer is net even anders, zelfs zonder publiek. Het is een niet te omschrijven gevoel, maar wel een prettig gevoel. Maar, dan moet je favoriete team er wel wat van bakken natuurlijk. Dat duurde wel een tijdje hoor, op deze frisse dinsdagavond in Nijkerk, op het mooie sportpark de Ebbenhorst. Van tevoren was het al aangegeven, we gaan niet tegen een stel koekenbakkers spelen. En gevoegd bij het feit dat onze mannen nog niet in hun topvorm steken, zorgde dat ervoor dat we er niet helemaal gerust op waren. Nou, die bezorgdheid was terecht. De Uien waren een helft lang duidelijk de onderliggende partij, konden nauwelijks een vuist maken en waren regelmatig niet in positie/te laat als er weer een flitsende Nijkerkse aanval voorbij kwam. Gooi er een pijlsnel veld bij als verzwarende factor (Roderick Gielisse: “op zo’n snel kunstgrasveld heb ik nog nooit gespeeld.”) en de moeizame eerste helft is verklaard. Het eerste fluitsignaal van arbiter Timmer (naar verluidt geen nazaat van de wolwinkel van vroeger onder de Remiseflat) was nog niet verstomd of de bal lag al achter doelman Van der Meer. Je kan allerlei excuses aanvoeren, zoals ontbrekende spelers of een mindere vorm, maar feit is dat Sparta Nijkerk het gewoon heel goed deed in de eerste helft. Alle credits naar hen. Kijk er niet raar van op als we deze oranje duivels volgend seizoen in de tweede divisie terug gaan zien. In het bekertoernooi zien we ze dit seizoen in ieder geval niet meer terug. Dat plekkie neemt geel-zwart in. En daar mogen we achteraf heel opgelucht over zijn.
Sparta Nijkerk heeft een paar heel erg rappe jongens voorin. En zij zorgden voor de eerste domper. Burgerhout kreeg na een seconde of 40 de bal diep gespeeld, liep zijn bewaking eruit en legde straf breed op Plet, die met zijn sprinttalent alles voor bleef en de 1-0 achter Bradly schoof. Waren we meteen wakker ? Neuh. En dat kon je de rest van de eerste helft wel zo zeggen. Sparta Nijkerk had grotendeels het heft in handen, op een fase na een kwartier in de eerste helft na, toen Rijnsburgse Boys enigszins grip kreeg. Enigszins. De Spartanen creëerden zomaar een kans of zes waar met een beetje vernuft een goal uit had kunnen komen. Eerlijk is eerlijk, als het in de rust 4-1 staat hebben we niks te zeggen. Zo kregen Burgerhout en de Ruiter een paar dotjes. Daar deed Van der Meer het heel goed, al mag er nog wel wat getraind worden op zijn spelhervattingen, maar dat weet hij zelf wel. Het lot van ons Uien hing daar aan een zijden draad en er was slechts een scherp schaartje voor nodig om dat draadje door te knippen. Wat je wel vaker ziet bij erg rappe mannen bij de tegenstander: ze missen net dat beetje finesse om snel en efficiënt de boel te killen. Plet had daar ook een beetje last van. Lullig voor iemand anders, maar voordelig voor ons: topspits Maurice de Ruiter moest na 35 minuten met een liesblessure het veld verlaten. Deze man maakte het ons in het verleden al vaker lastig, dus daar was geen Rijnsburger rouwig om.
Speldenprikken
Deed Rijnsburgse Boys dan helemaal niets terug ? Niet veel. Een voorzet van Bert Koomen werd plots gevaarlijk en vloog rakelings over/naast. Een prachtige actie van Van der Moot op de achterlijn (speelde zich Messiaans vrij) vervolgde hij met een lage bal terug, maar de potentiële kogel op het doel werd geëlimineerd door een Spartaans been. De enige echt geslaagde aanval van Rijnsburgse zijde in de eerste helft (combinatie tussen Spruijt en De Bruin na een prachtige lange bal van Gielisse) mondde uit in een kans voor De Bruin, maar Bram kon de keeper niet verschalken en wat resulteerde was slechts een corner. En dat was het wel. Een schril contrast met de Nijkerkse dadendrang. Gelukkig is er altijd hoop, zeker in een bekerduel. Een gelijkspel geeft je al een verlenging en het stond ‘maar’ 1-0. Dus met een schone lei beginnen, die donder d’r an en vol gas de tweede helft in. Je weet het nooit, zeker niet in een cupduel.
De wederopstanding
De teams gingen ongewijzigd de tweede helft in. Maar op het veld wijzigde er desondanks wel het één en ander. Het powerspel wat de Nijkerkers in de eerste helft speelden konden ze nooit negentig minuten volhouden, zo was de overtuiging. En Rijnsburgse Boys staat al een tijd bekend als een team dat conditioneel moeilijk te kloppen is. Zeker niet met de mannetjesputters Ros, Spruijt en De Bruin op het veld, die weer gingen buffelen dat het een lieve lust was. Rijnsburgse Boys begon overwicht te krijgen en kon veel Nijkerks gevaar in de kiem smoren. Natuurlijk blijft het oppassen tegen een elftal met zoveel snelheid in het spel, maar het ging een stuk beter na rust. Als het om snelheid gaat kan onze nieuweling Bram de Bruin er ook wat van. Technisch uitstekend, een goede inspeelpass, diepte in het spel, duelkracht en wendbaar. Zomaar wat kwalificaties voor een speler die de harten van de supporters aan het veroveren is. Bijvoorbeeld toen hij, spelend als een soort valse linksbuiten, een voorzet gaf op Zeldenrust, die Furghill op een haar na miste. Dat had een mooie intikker geweest. Gelukkig hadden we ons schietwapen Magan achter de hand. Hij maakte zich compleet onsterfelijk door zijn schot in de kruising op Nieuw-Zuid, 1 februari j.l. Dat was me daar wel even een feest. En hij heeft het vaker gedaan, van afstand scoren. De kans kwam weer, want geel-zwart kreeg een vrije trap op een meter of 20 van de goal. Het was misschien niet eens zijn beste schot, want zat keeper Hoogewoning daar niet een beetje mis ? Afijn, de lage kogel schoot lekker door en eindigde in de verre hoek (1-1). Doorpakken ! En dat lukte uitstekend. We waren nauwelijks een minuut verder of een uitstekende corner van Zeldenrust was een prooi voor de slimme Spruijt, die ondanks zijn niet overdreven lengte wel vaker in een kluwen van spelers koppend weet te scoren. Toch een kwestie van slimheid en inzicht (1-2). Juichen mag niet van Mark en Hugo, maar wij deden het lekker wel. Ook op de tribune. Voor de kijkers van de livestream: excuses voor de gehoorbeschadiging…
Vorm is een ongrijpbaar iets
De voorsprong was lekker, maar we waren er natuurlijk nog niet. De kans om de score op te voeren was er wel degelijk, want Robbie Zandbergen en Zeldenrust bereidden op fraaie wijze een kans voor Van der Moot voor. Daan maakte ruimte voor zichzelf, maar zijn schot vloog een flink eind naast. Niet iets voor Dani, maar ook hij is nog niet in zijn beste doen dit seizoen. En dat ondanks het feit dat hij er alweer een leuk aantal heeft in liggen. Maar je ziet het aan bepaalde dingen. Gegeven het feit dat hij een topspits is, komt dat echt wel weer. Zeker als zijn maatje Jongeneelen weer terug komt, want je ziet dat die pion anderen beter laat spelen. Ander voorbeeld is Bert Koomen. Na afloop gaf Bert ruiterlijk toe door verschillende oorzaken (keidruk schoolschema, terug komen van blessure, gemis aan vastigheden) nog niet het mannetje te zijn. Illustratief daarvoor was het feit dat hij in minuut 75 aan de noodrem moest trekken toen Plet door dreigde te breken. Rood voor Bert was het gevolg. Daar deed Plet het slim, maar een Bert in vorm zou dat misschien niet overko(o)men. Het was ontwapenend om te horen dat Koomen na afloop uitlegde hoe de vork in de steel zat. Met als laatste opmerking: “dit was misschien ff nodig om sterker te worden. Hier word ik beter van.” Zelfkritiek is een groot goed, had iedereen dat maar.
Het laatste kwart
De rode kaart deed het spelbeeld meteen weer kantelen. Ros kreeg van Wisman de opdracht geen druk meer te gaan zetten, maar de rijen gesloten te gaan houden. Wisman greep meteen in: voor de 1-1 liep Hemmen al even warm, maar dat was na de snelle 1-2 geen juiste wissel meer. In plaats daarvan kreeg Thomas Bakker de taak om Plet te gaan schaduwen. Sparta Nijkerk begon te drukken, maar in plaats van de 2-2 viel daar plots de 1-3. Dat deden Zeldenrust en Van der Moot wel even knap. Balverlies van Sparta, overname door Van der Moot. De combinatie met Zeldenrust over rechts was vlot, de bal breed van Zeldenrust op Dani een koud kunstje voor een spits van zijn kaliber: over de grond verschalkte hij Hoogewoning: (1-3). Dat was een geweldige opsteker voor de Uien, maar de domper kwam snel. Burgerhout, ook al zo’n lastige klant, antwoordde twee minuten na de 1-3 met een tegengoal, dus het was daarna weer een kleine tien minuten billetjes knijpen. Om de hoge ballen te bezweren werd de kopsterke Dennis van der Plas binnen de lijnen gebracht, als vervanger van Dani. Het ging piepen en kraken, de Nijkerkers claimden zelfs nog een penalty, ballen wegrossen was het devies. Na een machtige rush moest De Bruin zelfs met kramp naar de grond. De Uien gingen figuurlijk op twee manieren in het rood. Zoals het een heroïsch bekerduel betaamt, al is de term heroïsch voor dit duel misschien misplaatst. Maak er maar ‘escapistisch’ van (ik verzin even een woord, bestaat niet echt, heb ik speciaal opgezocht, het woord ‘escapisme’ bestaat trouwens wel, iets met ontsnappen).
De tijd kruipt dan, maar hij is je vriend zolang je voor staat. En dat bleef hij, want de 2-3 bleef staan tot het finale fluitsignaal van arbiter Timmer. Dat voelde als een verlossing zeg. Met de wetenschap dat Rijnsburgse Boys tegen deze sterke ploeg in de eerste helft heel goed was weggekomen, is het opgelucht ademhalen. Over drie weken wacht de volgende bekerklus. Thuis tegen Excelsior Maassluis. Wat zonde dat onze mannen dan waarschijnlijk niet gesteund kunnen worden door onze supporters. Bekeravonden zonder publiek zijn nog wel een graadje erger dan een standaard competitiewedstrijd zonder publiek.
Maar ja, ‘ ’t is iet ârs…’
Sparta Nijkerk – Rijnsburgse Boys 2-3 (1-0)
Scheidsrechter: de heer L. Timmer
Toeschouwers: bestuur, pers en stewards
Scoreverloop:
1. 1-0 Gilbrano Plet
63. 1-1 Marc Magan
64. 1-2 Jeroen Spruijt
84. 1-3 Dani van der Moot
86. 2-3 Bryan Burgerhout
Rode kaart: Bert Koomen (75.)
Opstelling Sparta Nijkerk: Manuel Hoogewoning; Janic Makizodila, Justin van Groen, Rob Diderik, Sam Krant; Donny van der Wal, Roy Bakkenes, Mike Ahrens (67. Jesse Buitenhuis); Gilbrano Plet, Maurice de Ruiter (34. Jesse van Nieuwkerk), Bryan Burgerhout.
Opstelling Rijnsburgse Boys: Bradly van der Meer; Rob Zandbergen, Roderick Gielisse, Masies Artien, Bert Koomen; Bram de Bruin, Bram Ros, Jeroen Spruijt, Marc Magan (75. Thomas Bakker); Furghill Zeldenrust, Dani van der Moot (87. Dennis van der Plas).