Een kleine week voor de eerste training, op 2 juli, is er nog een nieuwe speler aan de selectie toegevoegd: centrumverdediger Sven Verlaan. Sven voetbalde in de jeugd van DoCoS, ADO Den Haag en UVS, waarna de 22-jarige Leidenaar twee jaar bij Jong FC Twente en één jaar bij FC Den Bosch speelde. Een interview
Hoe is je carrière tot nu toe verlopen?
Sven Verlaan: “Ik ben begonnen in de jongste jeugd van DoCoS. Daarna heb ik bij ADO Den Haag gepeeld tot aan de B2. Vervolgens heb ik bij UVS in de B1, de A1 en het eerste gespeeld. Dankzij een samenwerkingsverband dat UVS had met FC Twente, mocht ik meetrainen bij het eerste elftal van Twente onder Alfred Schreuder en Michel Jansen. Daarna ben ik bij Jong FC Twente terechtgekomen onder Jan Zoutman. Het eerste jaar moest ik wennen aan het enorme niveauverschil. In het tweede jaar kreeg ik het vertrouwen en heb ik veel wedstrijden gespeeld. Mijn debuut in de basis was uit bij FC Eindhoven, een lastige wedstrijd die we met 0-1 wonnen. Na mijn tweede jaar moesten er vanwege de financiële situatie in Enschede veel spelers weg. Er was belangstelling voor mij van FC Dordrecht, SC Cambuur en FC Den Bosch. Den Bosch sprak me het meest aan.”
Hoe verliep je seizoen bij FC Den Bosch?
“De voorbereiding begon goed met een basisplek tijdens een oefenwedstrijd tegen Celtic. Ik dacht: dit wordt mijn jaar, maar doordat ik ziek werd, heb ik daarna lang aan de kant gezeten. Af en toe mocht ik invallen of meedoen, onder andere in de beker tegen Excelsior ’31.” Lachend: “Nee, in de bekerwedstrijd van FC Den Bosch tegen VVSB heb ik gelukkig niet meegespeeld. Ook na het ontslag van René van Eck en de komst van Wiljan Vloet bleef het onrustig. Vloet wilde verder met een nieuwe groep, waardoor mijn contract niet werd verlengd.”
En toen kwam Rijnsburgse Boys?
“Ja, ik werd gebeld door Rijnsburgse Boys met de vraag of het interessant was voor mij om terug te keren naar het amateurvoetbal. Daar stond ik wel voor open. Na een gesprek met trainer Pieter Mulders, waarin hij open en eerlijk zijn visie heeft toegelicht, zijn we er uitgekomen. Rijnsburgse Boys is een mooie club en een grote naam in het amateurvoetbal met een mooie accommodatie. Ik ken Rijnsburgse Boys vanuit mijn jeugd bij UVS toen we regelmatig tegen Rijnsburg speelden. In die tijd ben ik ook wel eens wezen kijken bij het eerste.”
Wat verwacht je van het nieuwe seizoen?
“Het is heel jammer dat Rijnsburg de tweede divisie op het nippertje is misgelopen. Het doel is om alsnog te promoveren naar de tweede divisie. De derde divisie is wel een leuke afdeling met al die derby’s en veel mensen op de tribunes. Dat is niet alleen aantrekkelijk voor de club maar ook voor de spelers, die zich op deze manier in de picture kunnen spelen. Voor mij is de derde divisie een stapje terug vergeleken met de Jupiler League, maar soms moet je een stapje terug doen om een stap naar voren te kunnen zetten. Misschien dat ik zo alsnog in het betaalde voetbal terecht kan komen. Bij Rijnsburgse Boys ga ik mijn best doen en wil ik me verder ontwikkelen. Verder wil ik een opleiding gaan doen of een baan zoeken. Het komt helemaal goed.”
